Voormalige verpleeginrichting Sint Joseph (H43)

Adres: Kerklaan 1, 1961 GA Heemskerk
Kadastraal: D 10447

Inleiding

De huidige Muziekschool staat op de hoek van de Kerklaan en de Raadhuisstraat in de dorpskern van Heemskerk. Het maakt deel uit van een groter complex waar voorheen de verpleeginrichting Sint Joseph was gevestigd. De voorgevel langs de Kerklaan springt terug ten opzichte van de overige bebouwing in deze straatwand. De zijvleugel aan de noordoostzijde staat haaks op de Kerklaan. Ook langs de Raadhuisstraat zat ooit een zijvleugel. Deze vleugel is gesloopt en vervangen door woningen. De drie vleugels omsluiten een, aan de achterzijde gelegen, binnentuin.

Het gebouw Sint Joseph is in drie perioden tot stand gekomen.

  • Bouwdeel 1: 1939

In 1939 wordt gestart met de bouw van een rooms-katholieke verpleeginrichting bestemd voor bejaarden en voor ‘jonge en zieke moeders’. Initiatiefnemer is de plaatselijke pastoor Paulussen. De bouw wordt gefinancierd door de Congregatie van de Zusters van de Goddelijke Heiland. In 1940 is het voltooid. De eerste bejaarden en patiënten die rust nodig hebben worden hier in april van dat jaar opgenomen.

Dit oudste, uit 1939 daterende bouwdeel staat aan de Kerklaan en bestaat uit het vier traveeën tellende rechter (noordoostelijke) deel. De (tegenwoordig niet meer in gebruik zijnde) entree rechts in de voorgevel verwijst naar de voormalige hoofdentree.

In het interieur herinnert de voormalige kapel op de begane grond, bereikbaar vanuit de centrale corridor, aan de rooms-katholieke achtergrond van het Sint Josephgebouw. Hier werd gedoopt en kerkdiensten gehouden.

  • Bouwdeel 2: 1949

In 1949 wordt de verpleeginrichting vergroot met de bouw van een zijvleugel bestemd voor kraamzorg. Dit gebouwdeel aan de noordoostzijde staat haaks op het eerste bouwdeel uit 1939 langs de Kerklaan.

  • Bouwdeel 3: 1959

Het ontwerp voor de laatste uitbreiding dateert uit 1959. De verpleeginrichting wordt in zuidwestelijke richting vergroot. De bestaande, uit 1939 daterende, vleugel langs de Kerklaan wordt verlengd en zet zich bij de hoek Kerklaan-Raadhuisstraat voort in een (inmiddels gesloopte) vleugel langs deze Raadhuisstraat. De op de hoek van de Kerklaan en Raadhuisstraat gelegen kapel met bijbehorende klokkentoren is daarbij een belangrijk verbindingselement.

Na de bouw wordt de voormalige hoofdentree verplaatst naar links, op de huidige plek aan de Kerklaan. De nieuwbouw, in 1962 opgeleverd, omvat onder meer bejaardenkamers en een kapel met klokkentoren.

Deze laatste uitbreiding uit 1959 is mede bepalend voor de aanwezigheid van een forse katholieke ‘enclave’ in dit deel van de Heemskerkse dorpskern, bestaande uit het katholieke complex aan de A. Verherentstraat met een klooster, pastorie, kerkhof en de Sint Laurentiuskerk. In 1952 was het tegenovergelegen rooms-katholieke complex bejaardenwoningen aan het Sint Agnesplantsoen tot stand gekomen.

In 1982 sluit het verpleeghuis Sint Joseph haar deuren. Het gebouw wordt verkocht aan de gemeente Heemkerk. De vleugel aan de noodoostzijde (bouwdeel 2) is tegenwoordig eigendom van woningbouwcorporatie Prė Wonen en heeft een woonfunctie. Het hoofdgebouw aan de Kerklaan is in gebruik bij de Muziekschool en de Historische Kring Heemskerk. De vleugel uit 1959 (gedeelte van bouwdeel 3) langs de Raadhuisstraat is gesloopt. Hier staat nu een woningbouwcomplex. Met de sloop van de vleugel uit 1959 verdween ook de bij de kapel behorende sacristie.

In de loop van de tijd onderging het gebouw enige aanpassingen. De stalen ramen zijn vrijwel overal gewijzigd in kunststof exemplaren. In het interieur van de voorbouw langs de Kerklaan zijn deuren vervangen en systeemplafonds aangebracht.

Het ontwerp van de uitbreiding uit 1959 (bouwdeel 3) is van de hand van het architectenbureau A.W.M. Beunis uit Oss en Veghel.

A.W.M. Beunis (1893-1962) voert het ontwerp enerzijds uit in een traditionele, op de bestaande architectuur gebaseerde, trant. Traditioneel is het met pannen gedekte schilddak en de bakstenen gevels. Traditioneel is ook de plattegrond van de Kerklaanvleugel vanwege de toepassing van corridors op begane grond en verdieping.

Anderzijds zijn in de uitbreiding uit 1959 typische na-oorlogse motieven verwerkt. Dat geldt bijvoorbeeld voor de klokkentoren met de betonnen sierlijst en het opengewerkte stalen element met luidklok daarboven. De decoratieve elementen van het sierbeton worden herhaald in interieuronderdelen van de kapel.

De bescherming omvat de uitbreiding uit 1959 (bouwdeel 3) waarin de kenmerken van de Wederopbouwarchitectuur zichtbaar zijn te weten:

  1. de voorgevel langs de Kerklaan (waar bouwdeel 1 uit 1939 onlosmakelijk deel van uitmaakt);
  2. de klokkentoren en de voormalige kapel op de hoek van Kerklaan en Raadhuisstraat;
  3. het interieur van de kapel, de entreehal en het aangrenzende trappenhuis van het bouwdeel uit 1959.

De redengevende beschrijving beperkt zich tot de voor bescherming voorgedragen onderdelen. Zo wordt de buiten de bescherming vallende zijvleugel, dat wil zeggen bouwdeel 2 uit 1949 aan de noordoostzijde, haaks op de vleugel aan de Kerklaan (tegenwoordig woningen) slechts summier aangeduid.

Beschrijving

Het complex heeft een, na de sloop van de vleugel langs de Raadhuisstraat, L-vormige plattegrond en bestaat uit een hoofdvleugel langs de Kerklaan (bouwdeel 1 en 3) waar een zijvleugel (bouwdeel 2) haaks op aan sluit. Op de hoek van Kerklaan en Raadhuisstraat bevindt zich de voormalige kapel met klokkentoren. De klokkentoren bevat het trappenhuis en de lift.

Beide vleugels zijn deels onderkelderd en bestaan uit twee bouwlagen met forse zolderverdieping onder schilddaken die gedekt zijn met gesmoorde Opnieuw Verbeterde Hollandse pannen (OVH). Het schilddak langs de Kerklaan heeft de nok evenwijdig aan deze laan. De overstekken van de kopgevels zijn voorzien van windveren die aan de voet licht geprofileerd zijn. Het voorgeveldakvlak langs de Kerklaan telt acht symmetrisch in het dakvlak geplaatste dakkapellen die door met leien in Maasdekking gedekte schilddakjes worden beëindigd. De schilddakjes hebben brede overstekken en zijn bezet met twee éénruits klepramen. Het achterdakvlak bezit een brede doorgaande dakkapel die tegen de klokkentoren aan is gebouwd en voorzien is van gewijzigde ramen. Deze brede dakkapel bezit een houten, geprofileerde kroonlijst.

Er zijn brede dakoverstekken die onderkraagd worden door geprofileerde gootklossen.

De gevels zijn gemetseld in een geel gesinterde, handvorm baksteen in Noors verband. De kopgevel aan de Raadhuisstraat is gemetseld in wild verband. Boven de hoge borstweringen zitten rollagen. De gemetselde schouders ondersteunen langs de gevelhoeken de dakoverstekken. Lekdorpels zijn gemetseld. De voorgevel langs de Kerklaan heeft boven de vensters van de begane grond en de verdieping een wit geschilderde waterlijst die in het vlak van de voormalige kapel ontbreekt.

De voorgevel langs de Kerklaan heeft links in de gevel de huidige hoofdentree. De dubbel openslaande grenen meerruits deur met zij- en bovenlichten heeft boven de latei een met siermetselwerk gevuld rechthoekig vlak. De entree is gevat in een vóór de gevel staand betonnen rechthoekig kader dat als een soort poort fungeert. Haaks op de horizontale bovenligger zijn uitkragende betonbalken aangebracht die voorzien zijn van geprofileerde betonconsoles. Het betonkader ondersteunt het daarboven gelegen balkon. Dit balkon bezit gesloten, betonnen zijwanden en een stalen sierhekwerk aan de voorzijde. Balkondeuren zijn dubbel openslaande éénruits deuren.

Het gevelvlak rechts van deze entreepartij bestaat uit zes traveeën. Elke travee bezit drie (nabij de hoek twee), door penanten gescheiden, gekoppelde vensters met niet oorspronkelijke (kunststof) invulling. Rechts in de gevel bevindt zich een uit 1939 daterende (tegenwoordig niet meer in gebruik zijnde) entree in portiek met geprofileerde, rechthoekige luifel die onderkraagd wordt door ojiefvormige consoles die de beëindiging vormen van de gemetselde pilasters ter weerszijden van deze entree. De houten deur heeft zijlichten en boven de luifel bovenlichten die bezet zijn met glas-in-lood.

Het gevelvlak nabij de hoek met de Raadhuisstraat links van de hoofdentree is, op een smal venster op begane grond en verdieping na, blind en is gedecoreerd met een in metaal uitgevoerde, geabstraheerde figuur van Sint Jozef. De gevelhoek Kerklaan-Raadhuisstraat bezit een natuurstenen gevelsteen met opschrift: Deze steen in gelegd op I-V-MCMLXI door mere Jean Rene Prov. Overste. De steen zet zich om de hoek voort en heeft daar het opschrift: De Fontibus Salvatoris en is hier voorzien van een wapenschild met kerkelijk gebouw.

De kopgevel langs de Raadhuisstraat is een symmetrische puntgevel. Deze gevel, waarin de voormalige kapel is gevestigd, telt op de begane grond vijf sterk verticaal gelede kapelvensters in een licht uitkragend, betonnen kader.

De vensters zijn gevuld met vierruits stalen ramen met tweeruits stalen, als klepraam uitgevoerde, bovenramen. De ramen zijn bezet met gekleurd glas-in-lood. Boven deze verticale kapelvensters zit een uitkragende bakstenen sierlijst van één lagenmaat hoog. De verdieping heeft drie vensters met gewijzigde ramen. In de met beschot beklede top zit een éénruits raam.

De achtergevel, grenzend aan de binnentuin, wordt gekenmerkt door een breed uitkragend balkon dat de gehele breedte van de achtergevel beslaat. Het balkon met stalen spijlenhekwerk rust op stalen staanders en is aan de onderzijde met hout betimmerd. De begane grond heeft in het linker gevelvlak ter hoogte van de tussendorpels een betonnen, rechthoekige luifel. Boven de bovenlichten zit een betonnen waterlijst. Ramen en kozijnen zijn niet oorspronkelijk (kunststof).

De gemetselde, rechthoekige klokkentoren is gebouwd tegen de achtergevel. Het bevat het trappenhuis en de lift. De toren is grotendeels blind opgezet maar bevat aan de achtergevel zes en aan de voorgevel één nagenoeg vierkante venstertjes met éénruits ramen.

De gevels van de toren worden afgesloten door een betonnen sierlijst die gedecoreerd is met cirkelvormige en rechthoekige motieven in de vorm van uitsparingen in het beton. De toren wordt bekroond door zes slanke, stalen stijlen op cirkelvormige voet die naar boven toe uitzwenken en beëindigd worden door een stalen kruis. Daarbinnen hangt een bronzen luidklok.

Interieur:
Op de huidige hoofdingang aan de Kerklaan sluit een vestibule aan met daarachter een ruime hal met aansluiting op de gangen, het bordestrappenhuis en de lift. Vloeren van vestibule en hal evenals die van het trappenhuis zijn betegeld met lichtkleurig travertijn, op de begane grond afgewerkt met zwart gekleurde, natuurstenen banden. Plafonds zijn voorzien van (niet beschermenswaardige) systeemplafonds. Wanden, evenals de liftombouw, zijn uitgevoerd in schoon metselwerk.

Het interieur van de kapel wordt gekenmerkt door een ongedeelde, rechthoekige kerkzaal. De ruimte wordt verlicht door de sterk verticaal gelede stalen vensters aan de zuidwestzijde (zijde Raadhuisstraat). De wanden waren (volgens de bouwtekening) uitgevoerd in schoon metselwerk. Tegenwoordig is het metselwerk wit gesausd. De wand van het koor (ZO) bezit een sierpatroon van Griekse kruizen in de vorm van uitkragende bakstenen.

Het plafond van de kapel bestaat uit een rechthoekig frame dat gevuld is met een cassetteplafond. Centraal in elke cassette hangt een oorspronkelijke, wit gekleurde, bolvormige armatuur.

Aan de zuidoostzijde leiden enkele trappen naar het koor. Aan de noordwestzijde bevindt zich de voormalige biechtstoel (nu opslag) die van de kerkzaal wordt afgescheiden door een gemetselde muur die gedecoreerd is met dezelfde kruisvormige motieven als de achterwand van het koor. De biechtstoel is bereikbaar via twee forse houten deuren met verticale profilering. De houten latei boven de deuren van de biechtstoel is versierd met eenvoudige cirkelvormige en vierkante motieven zoals die ook elders zijn toegepast (bijvoorbeeld in de gevelafsluiting van de klokkentoren). Hier aan de noordwestzijde, nabij de biechtstoel, bevindt zich een vide die asymmetrisch de kapel in steekt. De opstaande rand van de vloer is versierd met cirkelvormige en rechthoekige motieven zoals genoemd.

De blauwe kleurstelling is niet beschermenswaardig. In het stalen sierhekwerk dat de vide omsluit zijn kruisvormige motieven verwerkt. Dit sierhekwerk wordt afgesloten door een houten leuning.

In het interieur van het oudste gebouwdeel langs de Kerklaan uit 1939 is de voormalige kapel op de begane grond noemenswaardig. In de wand van de (corridor)gang zitten ter plekke van de voormalige kapel drie Tudorvormige vensters die bezet zijn met gekleurd glas-in-loodramen en een eveneens Tudorvormige, eikenhouten, geprofileerde toegangsdeur met verticale profilering.

Waardering

Het voor bescherming voorgedragen gedeelte van de voormalige Sint Joseph Verpleeginrichting bestaat uit de voorgevel langs de Kerklaan (bouwdeel 1 en bouwdeel 3), de klokkentoren en de voormalige kapel op de hoek van Kerklaan/Raadhuisstraat.

Deze verpleeginrichting, gebouwd in 1939 en vergroot in 1949 en 1959 heeft als geheel cultuurhistorische waarde als typologisch voorbeeld van een rooms-katholieke ziekeninrichting. De situering en de realisatie van het rooms-katholieke complex tonen de grote invloed van een door de verzuiling gedomineerde maatschappij. Vanwege de voormalige functie heeft het gebouw belangrijke emotionele waarde voor veel inwoners van Heemskerk.

Het complex heeft stedenbouwkundige en situationele waarden door zijn prominente en vrijstaande ligging op hoek van de Raadhuisstraat en de Kerklaan. Het gebouw is, vooral vanwege de relatief hoog oprijzende klokkentoren, van diverse kanten goed zichtbaar.

Het bouwdeel uit 1959 heeft architectuurhistorische waarde vanwege de toepassing van typisch na-oorlogse architectonische elementen die onder meer verwerkt zijn in de klokkentoren met de betonnen sierlijst en het opengewerkte stalen element met luidklok daarboven, de entreepartij aan de Kerklaan en het ex- en interieur van de voormalige kapel.

Het pand is, wat betreft behoud van de oorspronkelijke kenmerken, relatief gaaf bewaard gebleven. De kunststof kozijnen vormen weliswaar een aantasting van de monumentale waarden, maar doen aan de totale verschijningsvorm van het pand slechts in beperkte mate afbreuk.